Depressie en angststoornissen

laatste update: september 2021

De prevalentie van depressie of depressieve klachten bij volwassenen varieert van 6,5% tot 12,9% (NVOG, 2012).
Bij vrouwen tussen de 18 en 44 jaar komt een depressie bij ongeveer 4,6 % voor (Nivel, 2012).
Angststoornissen komen bij ongeveer 12% van de volwassenen voor (GGZ, 2013).
Bij vrouwen tussen de 18 en 44 jaar komt een angststoornis voor bij 3,3% (Nivel, 2012)

Na een eerdere depressie of angststoornis bestaat tijdens een zwangerschap een hoge recidiefkans op deze aandoeningen (NHG, 2011). Over factoren die een terugval naar een depressie of angststoornis kunnen voorkomen is weinig bekend, behalve dat een goed sociaal steunsysteem inclusief een stabiele 36 relatie, gunstig zijn in het voorkomen van een recidief (NVOG, 2012).

Risicofactoren voor een recidief van depressie tijdens de zwangerschap zijn: angstklachten, ingrijpende negatieve gebeurtenissen, gebrek aan sociale steun, huiselijk geweld, ongeplande zwangerschap, relatieproblemen, laag inkomen, laag opleidingsniveau en roken (NVOG, 2012; KNOV, 2013).
Een onbehandelde depressie of angststoornis tijdens de zwangerschap is geassocieerd met een ongunstig beloop van de zwangerschap (NVOG, 2012).
Verhoogde risico’s zijn gemeld voor onder andere vroeggeboorte, laag geboortegewicht, en een Apgar score <7 na 5 minuten. De bewijskracht van de gebruikte studies in de richtlijn was echter zeer laag. Zo suggereerde een onderzoek uit 2007 een verhoogde kans op een miskraam, maar een ander onderzoek uit 2010 vond geen statistisch verhoogd risico (NVOG, 2012; NHG, 2011). Bij ongeveer 10% van alle zwangeren ontstaat een postpartumdepressie (NHG, 2012b). Dit risico is hoger bij vrouwen met een depressie in de anamnese (25 tot 30%) en depressieve klachten gedurende de zwangerschap.

Bij een eerder doorgemaakte postpartumdepressie is de kans op herhaling naar schatting 50% (NHG, 2012b).