Over schildklierfunctiestoornissen
Schildklierfunctiestoornissen worden onderscheiden in hypothyreoïdie (te langzaam werkende schildklier) en hyperthyreoïdie (te snelwerkende schildklier). Hypothyreoïdie komt voor bij 22 op de 1000 vrouwen tussen de 18 tot 44 jaar. In dezelfde leeftijdsgroep hebben 7 op de 1000 vrouwen hyperthyreoïdie (NHG, 2011). Hypothyreoïdie leidt onbehandeld door een verlaagd metabolisme tot klachten als gewichtstoename, kouwelijkheid, obstipatie, bradycardie, myxoedeem en traagheid. Hyperthyreoïdie kan leiden tot klachten als gewichtsverlies ondanks goede eetlust, diarree, nervositeit, oftalmopathie en hartkloppingen. Zowel hypo- als hyperthyreoïdie kunnen gepaard gaan met moeheid en menstruatiestoornissen (NHG, 2013). Soms behoeft een hyperthyreoïdie na verloop van tijd geen behandeling meer.
Subklinische hypothyreoïdie is een zuiver biochemische diagnose waarbij in het bloed een verhoogd thyroïd stimulerend hormoon (TSH >4 mU/L) met een normaal vrije T4 schildklierhormoon (FT4) wordt gevonden. De betrokkene heeft doorgaans geen klachten.